Met de bus naar Oog in Al

Op 30 november 1936 is het feest in Oog in Al. Voor het eerst stopt er een bus in de wijk en daarmee is er een openbaar vervoer verbinding met de stad. Het gaat om buslijn C en het betreft een proef. Tot die tijd moest je voor openbaar vervoer lopen naar het Muntgebouw en vanaf daar over de Abel Tasmanbrug, naar het pleintje aan het eind van de Billitonkade om de tram lijn 4 te nemen richting het Janskerkhof.

Van 1907 tot 1939 rijden er in Utrecht elektrische trams van het Gemeentelijk Trambedrijf Utrecht (GTU). In 1919 komt daar lijn 4 bij die vanuit de stad om de 10 minuten naar ‘s Rijksmunt rijdt. De tram rijdt via de Leidseweg, Damstraat, Kanaalstraat naar het eindpunt op Billitonkade en daarna weer terug via de Abel Tasmanstraat.

Tram 4 van en naar ’s Rijksmunt, hier in de Potterstraat 1934, Jarenlang de enige verbinding met Oog in Al. Verzameling Cees Waakop Reyes, de Stichtse Tram.

Een enkele rit kost 10 cent. Je hoort de tram al van verre aankomen want het zijn oude wagens en ze piepen enorm, vooral in de bochten. Er wordt deels in tweedehands tramwagens uit Hamburg gereden. Eerst zijn de GTU trams blauw maar later licht-crème van kleur. Op de zijkant wordt er reclame gemaakt voor TURMAC (Turkish Macedonian Tobacco Compagny) sigaretten.

Tram 4 naar ’s Rijksmunt (rechts) op het Domplein 14 juli 1931, Het Utrechts Archief

Omdat er geen brug over het Merwedekanaal loopt die geschikt is voor de tram moeten reizigers met bestemming Oog in Al aan het eind van de Billitonkade uitstappen en verder lopen. Voordat de wijk Oog in Al is aangelegd nemen bewoners van Utrecht deze tram naar de rand van de stad om te wandelen rond de lommerrijke landgoederen Oog in Al en Welgelegen. Het Utrechts Nieuwsblad in 1924: Het gaat om een fraaie wandeling met aangename afwisseling. Bij de uitspanning Den Hommel in Oudenrijn kun je lekker uitrusten en wat drinken op het terras of in de mooie tuin.

Lopend vanaf het eindpunt van tram 4 naar Pension Café Restaurant Den Hommel januari 1930, Het Utrechts Archief

En ‘s zomers kun je in de boomgaarden in de omgeving kersen plukken.

Kersen eten in de boomgaarden van Oudenrijn bij Den Hommel juli 1935, Utrecht in Woord en Beeld juli 1935

Oog in Al ligt zeer geïsoleerd door het ontbreken van openbaar vervoer. Daarom studeert de gemeente op een oplossing.  De uitbreiding van de tram naar Oog in Al is geen optie want het Merwedekanaal vormt een obstakel. Moet er een nieuwe brug komen die geschikt is voor de tram? Dat is wel een hele dure aangelegenheid. En dan nog zal de brug vaak open staan voor het scheepvaartverkeer waardoor het wel een erg onbetrouwbare dienstregeling zal worden. Of is het een idee om een busje te laten aansluiten op de tram? Of de tram helemaal vervangen door een bus? Er zijn in 1935  naast de trams (5 lijnen in totaal) 2 buslijnen in de stad, buslijn A en B.  Deze twee buslijnen zijn er sinds 1925. Bus A gaat van Centraal Station naar Ondiep en bus B naar Tuinwijk en Tuindorp. ‘s Zomers is er nog een extra buslijn naar Rhijnauwen, de Zomerlijn. Het wagenpark bestaat uit 5 bussen die de verschillende routes rijden.

De zomerlijn, GTU bus van het merk Sauer naar het theehuis van Rhijnauwen op de Koningsweg in 1931, Het Utrechts Archief

Onder de bewoners van Oog in Al wordt in 1936 een enquête gehouden. Bestaat er behoefte aan een autobusverbinding? Nou die behoefte is er zeker, al jaren lang! Vooral tijdens de spitsuren. Er zijn zelfs al bewoners die weer uit de wijk vertrokken zijn in verband met het ontbreken van goed openbaar vervoer.

Utrechts Nieuwsblad 7 september 1936

Na veel wikken en wegen wordt er gestart met een proef en komt er een bus vanaf de Neude naar het Beethovenplein in Oog in Al. De bus gaat 9 x per dag in de spits rijden en 1 x op zondag. Er kunnen eventueel extra ritten komen bij bijzondere gelegenheden zoals na afloop van een schouwburgvoorstelling.

Utrechts Nieuwsblad 27 november 1936

De eerste bus rijdt op 30 november 1936 en komt onder gejuich aan op het Beethovenplein. Buslijn C is een feit. Het is autobus nummer 19 van het merk Bedford, waarvan de carrosserie is opgebouwd door Werkspoor in Zuilen. De bus is zeer geschikt voor de korte bochten in de stad. Bus C rijdt via de Leidseweg over de Muntbrug en slaat dan rechts af de Kanaalweg op naar de Everard Meijsterlaan en via de Franz Schubertstraat naar het begin- en eindpunt op het Beethovenplein bij de Johan de Wittschool.

De eerste bus C op 30 november 1936 met gejuich ontvangen op het Beethovenplein bij de Johan de Wittschool, Utrecht in Woord en Beeld 11 december 1936
De eerste betalende passagier van bus C betaalt een dubbeltje aan de chauffeur op het Beethovenplein 26 november 1936. Utrecht in Woord en Beeld 11 december 1936

Een kaartje koop je bij de wagenbestuurder of bij het trambureau in de Nicolaas Beetsstraat. Sinds 1934 zijn er dagkaartenboekjes voor tram en bus ingevoerd. Hierin kan je een zegel plakken voor 25 cent en dan kan je de hele dag  gebruik maken van bus of tram. Het gaat om een strikt persoonlijke kaart. Voor vrouwen is de kaart groen van kleur (zie hieronder), voor mannen is de dagkaart rood. De zegel laat je knippen bij de chauffeur en daarna plak je ‘m in je boekje. Ter promotie zijn er 80.000 van die boekjes huis aan huis verspreid in de stad, twee per adres. Ook zijn er 5 ritten kaarten voor 40 cent te koop. Een los kaartje kost 10 cent.

Er wordt gelijk goed gebruik van de nieuwe bus C gemaakt. Op dag één zitten er al 313 personen in de bus en aan het eind van het jaar zijn het er 2967. Misschien moet tramlijn 4 ook maar helemaal worden vervangen door de bus? En ja al in december 1936 valt het doek voor tramlijn  4. Op deze route zal voortaan een bus rijden, buslijn 4 en de route wordt verlengd, niet langer is ‘s Rijksmunt het eindpunt maar de Spinozaweg. Omdat er nog geen Spinozabrug is rijdt deze bus via de Laan van Nieuw Guinea weer terug.

Er ontstaat verwarring. Tramlijnen hebben een nummer, buslijnen een letter en nu is er opeens een buslijn 4. Begin 1937 krijgen daarom de bussen allemaal een nummer en wordt buslijn C bus 8. De oude buslijn A wordt 6 en buslijn B wordt 7. Omdat er maar 5 bussen zijn koopt de gemeente er 12 goedkope bussen bij van het merk Bedford. In de bus van lijn 8 kunnen 25 passagiers maar in de meeste andere bussen 28.

Bus 8 op het Beethovenplein rond 1938 met een kleine Tini Ferwerda uit de Mendelssohnstraat op de stoep met op de achtergrond een kersenboomgaard. In deze bus kunnen 33 personen. Auteursrechthouder Tini Ferwerda
Schema met alle buslijnen uit 1939 met bus 4 naar Lombok (was tram 4) en bus 8 naar Oog in Al, destichtsestadsbus.nl

Voor het aanprijzen van nieuwe woningen wordt er dankbaar gebruik gemaakt van de nieuwe busverbinding. Hier betreft het woningen in de Dante- en  Molièrelaan. De straten heten hier lanen. Dit deel van de wijk aan de andere kant van de Everard Meijsterlaan wordt in die jaren Parkwijk Halve Maan genoemd, de beste woonwijk van de stad. En de extra troef: Buslijn 8 brengt u in enkele minuten naar en van het Centrum.

Advertentie van Barreveld en Rijksen over de nieuwe woningen in de Dante- en Molièrelaan die met buslijn 8 goed te bereiken zijn, UN 24 december 1938
Route van 9 buslijnen waaronder die van bus 4 in Lombok en bus 8 naar Oog in Al aangegeven met rode lijnen, gemaakt door L. Breetvelt voor het Utrechts Jaarboek De Vraagbaak. Uitgave 1939, kosten 10 cent. Met ook weer een advertentie voor de woningen in De Halve Maan, ”met haar grootsch plantsoen Oog in Al”, Het Utrechts Archief

De discussie over al dan niet een tram of bus wordt breder getrokken. Er komt een gemeentelijke Commissie van deskundigen die zich buigt over het vraagstuk tram of bus? Want door de aanleg van nieuwe tunnels onder het spoor, waaronder de Leidseveertunnel, moet het duidelijk worden of er ook rekening moet worden gehouden met tramrails en bovenleidingen. Het wordt het gesprek van de dag in Utrecht. Alle voor- en nadelen van beide opties passeren de revue. Er wordt gesproken over een ware veldslag op papier. De Commissie neigt naar bussen. Hebben Parijs en Londen immers ook niet de tram al afgedankt? En zijn bussen niet goedkoper en flexibeler in te zetten? De verkeerspolitie geeft de voorkeur aan bussen want daarmee komt er meer ruimte voor auto’s in het midden op de weg waar nu de tram rijdt. Het publiek moppert op de tram, ze schommelen te veel, zijn vaak te vol, vleeschwagens zijn het, en ze piepen en kraken. Kortom….., vlak voor de oorlog, in 1939, zijn alle trams vervangen door buslijnen. De oude tramwagens worden gesloopt en de jongste 12 uit 1927 van Werkspoor worden voor 1000 gulden per stuk overgedaan aan Amsterdam. Hier rijden ze nog tot 1961 en staan daar bekend onder de naam Utrechtenaren.

Gelijk al met de mobilisatie in 1939 moet de gemeente bussen afstaan en wordt er minder gereden.

Klachten over bus 8 naar Oog in Al, Utrechts Nieuwsblad 17 januari 1940

Over bus 8 naar Oog in Al komen klachten. Dan weer rijdt de bus op dezelfde dag om de 20 minuten, dan weer om de 40 minuten of soms zelfs om de 50 minuten. De tijden staan heel globaal aangegeven bij de halte vanaf het  vertrek- of eindpunt. Oog in Allers weten zich richting de stad nog wel te redden maar vanaf de stad is het altijd maar afwachten wanneer de bus komt en je staat zomaar een half uur te wachten. En ‘vreemdelingen’ die met de trein aankomen weten al helemaal niet waar ze aan toe zijn. Een Amsterdammer die in Utrecht aankomt : Ik ben in minder tijd van mijn woning in Amsterdam naar Utrecht gereisd dan vanaf het station naar Oog in Al. Utrecht lijkt wel een dorp (Utrechts Nieuwsblad 17 januari 1940). Er zijn ook klachten dat de bus in de spits veel te vol zit en dat de bussen daarom soms zelfs gewoon doorrijden. En als je moet blijven staan in de bus zie dan maar eens in die slingerende bussen om op je benen te blijven staan.

In juli 1940 worden bus 4 (de vervangende tramlijn) en bus 8 naar Oog in Al samengevoegd tot buslijn 4. Voortaan is er één bus die westelijk Utrecht aandoet. Bus 4 is er één van de in het totaal 6 buslijnen van het GEBRU (Gemeentelijk Energie-Bus- en Radiobedrijf Utrecht).

Per juli 1940 zijn er 6 buslijnen in Utrecht en de oude lijnen 4 en 8 zijn samengevoegd tot lijn 4 met als eindpunt Oog in Al, Utrechts Nieuwsblad 12 juli 1940

Buslijn 4 rijdt om de 12 minuten van de Bleijenburgstraat bij het Ooglijdersgasthuis naar Oog in Al. Met gepast geld betalen staat er bij de ingang van de bus. En niet spreken met de bestuurder.

Bus 4 naar Oog in Al bij halte Janskerkhof 1941. Met reclame van Turmac en Hoeksema, stoomververij en chemische wasscherij. Verzameling Max Velthuis, destichtsestadsbus

Al snel na het uitbreken van de oorlog is er sprake van een benzinetekort en gaat de benzine op rantsoen. Er gaan nog minder bussen rijden. Machinefabriek Jaffa springt in het gat. Vanaf  juli 1940 produceren ze houtgasgeneratoren, waarmee voertuigen van benzine kunnen overschakelen op hout als brandstof. Het autobusbedrijf van de gemeente Utrecht plaatst meteen een bestelling. Ook de PTT, de Stadsreiniging van Amsterdam en Leiden en Brouwerij Oranjeboom Rotterdam behoren bij de eerste klanten. Je moet wel een vergunning hebben voor het gebruik van houtgas want er is maar een beperkte hoeveelheid hout beschikbaar.

Proef GEBRU bus met houtgasgenerator op lijn 2, Utrechts Nieuwsblad 21 september 1940

In september 1940  rijdt al de eerste bus door de straten van Utrecht met een houtgasgenerator op een aanhangwagen achter de bus. Begin 1941 zijn de meeste bussen voorzien van een houtgasgenerator en wordt het een vertrouwd gezicht in het stadsbeeld. Zo ook in Oog in Al.

Foto vanaf het balkon van de Everard Meijsterlaan 81, winter 1943/1944. Met uitzicht op de Franz Schubertstraat en bus lijn 4 met houtgasgenerator. Auteursrechthouder : Ran van Reedt Dortland

Vanaf september 1944 rijden er helemaal geen bussen meer in Utrecht, alle bussen die nog reden zijn door de Duitsers gevorderd. Zie je nu wel, zeggen de tegenstanders van de bus, als we de tram nog hadden gehad zaten we nu niet zonder vervoer. De tram had gewoon kunnen blijven doorrijden….

Pas in december 1945 wordt de dienstregeling weer opgestart. De eerste bussen worden versierd met de Nederlandse vlag. De vertrouwde Bedford bussen rijden weer maar er zijn er maar 7 die de oorlog hebben overleefd. Om dit tekort aan te vullen rijden er tijdelijk nog trams in het centrum als stadsdienst van 1946 tot 1949.

Detail van plattegrond Utrecht met de buslijnen als rode stippellijnen uit 1950. De Spinozabrug is al wel getekend maar nog niet klaar. De bus rijdt dus nog over de sluisjes de wijk in naar het eindpunt bij Alphons Diepenbrockplantsoen aan de rand van de gemeente Utrecht, Het Utrechts Archief
Bus 4 vertrekt vanaf het Stationsplein naar Oog in Al en rijdt over de nieuwe Spinozabrug de wijk in 1960, verzameling Max Velthuis, de stichtsestadsbus

Vanaf de opening van de Spinozabrug op 7 november 1951 gaat bus 4 naar Oog in Al een andere route rijden. Van het Centraal Station via de Vleutenseweg naar het eindpunt op het Alphons Diepenbrockplein. De eerste bus die over de brug rijdt is feestelijk versierd met bloemen. De Holland Coach bussen zijn in de jaren 50 en 60 lichtblauw met crème van kleur.

Halte Spinozaweg van lijn 4 naar Centraal Station met een Lelyland/ Verheul bus en een bellende chauffeur bij de telefoonpaal in 1958 , Het Utrechts Archief

Er komen veel haltes in de wijk. Op de Joseph Haydnlaan, Beethovenlaan, Händelstraat en Racinelaan. De bus rijdt vanaf de Joseph Haydnlaan van maandag t/m vrijdag van 6.15 tot 6.45 uur om de 30 minuten, van 7.13 tot 7.43 uur, om de 15 minuten, van 7.43 tot 23.43 om de 10 minuten en van 23.58 tot 0.15 om de 30 minuten. Op zaterdag en zondag is er een beperkte dienstregeling.

Ansichtkaart halte Beethovenlaan bus 4 tweede helft jaren 50, Het Utrechts Archief
Bus 4 rijdt net de Beethovenlaan uit naar de halte op de Joseph Haydnlaan in 1958, Het Utrechts Archief
Bushalte lijn 4 naar Kromme Rijn met wachtruimte op Joseph Haydnlaan bij Mattheuskerk, 1958, Het Utrechts Archief. Hier zit nog steeds een halte van de huidige bus 5.
Een volle Bus 4 op hoek Tunnelweg/ Leidseweg richting centrum (met op de achtergrond de Westerkerk, nu Bunk) met Willem II reclame en aan de lantarenpaal een reclame voor Ritmeester en aan de kettingen bij de fietsen Caballero, 1965. Foto: W.J. van der Linden, Het Utrechts Archief

Net als op de tram wordt er op de bus reclame gemaakt voor rookwaren, eerst voor Turmac en later voor sigaren van Willem II. Bij de haltes kom je reclameborden van Ritmeester sigaren tegen.
In 1967 zijn er twee buslijnen 4 die Oog in Al aandoen, 4a en 4b. Het betreft een zuidelijke en noordelijke ringlijn door de stad. Bewoners uit Oog in Al nemen ook weleens bus lijn 9 vanaf de Spinozaweg richting Tuindorp die sinds kort op een vrije busbaan rijdt.

Autobuslijnen kaart oktober 1967 met de buslijn 4a en 4b door Oog in Al, destichtsebus
Bus 4a Ringlijn Zuid vertrekt op het Vredenburg richting Oog in Al, 1968. Verzameling Max Velthuis, destichtsebus

Voortaan (1968) hoef je niet meer langs de chauffeur voor een knip of stempel maar mag je zelf stempelen in de automaat. De eerste stempeldag wordt op de foto vastgelegd in buslijn 4.

Voor het eerst zelf je kaartje stempelen, hier in bus 4 op 12 februari 1968, foto L. H. Hofland, Het Utrechts Archief

In 1971 komt er naast lijn 4 een ringlijn 10/20 die ook Oog in Al aandoet. De GVU (Gemeentelijk Vervoerbedrijf Utrecht) bussen zijn inmiddels van Nederlands fabricaat (DAF) en wijnrood van kleur. In 1980 wordt de nationale 15 strippenkaart ingevoerd voor 5,35 gulden. De bus kaartjes van de GVU verdwijnen.

Ringlijn 10 met een route van Kanaleneiland naar Kanaleneiland met ook haltes in Oog in Al op de Joseph Haydnlaan in 1971, Het Utrechts Archief
Bus 5 via Oog in Al naar Kanaleneiland op het Vredenburg in 2007, foto: H. Boland voor bouwpututrecht, Het Utrechts Archief

In de jaren 90 wordt het buslijn 5 die door de wijk rijdt. Deze bus rijdt vanaf Voordorp, Tuindorp en Utrecht Centraal via Oog in Al door naar Kanaleneiland. 

In 2013 komt er een einde aan het gemeentelijk vervoersbedrijf GVU. Het openbaar vervoer wordt uitbesteed. De busdiensten worden door vervoersbedrijf Qbuzz overgenomen onder de naam U-OV. Dit contract met Qbuzz loopt voor 10 jaar tot 2023. De bussen zijn inmiddels geel van kleur en deels elektrisch. Betalen doe je sinds 2009 met je OV Chipkaart.

Voor Oog in Al start U-OV met lijn 25. Deze rijdt tot aan het station. Als je verder de stad in wilt, moet je door Hoog Catharijne naar de stadskant van het station lopen waar de stadsbussen stoppen. Ondoenlijk voor mensen die slecht ter been zijn. Een klacht van een bewoonster in 2014 luidt dan ook: sinds de aanpassing van lijn 5 tot lijn 25 is mij de lust vergaan vanuit Oog in Al de bus naar de stad te nemen – maar, erger, voor mijn moeder van 82 is de stad nu volstrekt onbereikbaar geworden. De concentratie van de bussen aan één zijde van het CS, dwingt tot een akelige, lange overtocht over Hoog Catharijne, en zelfs daarna is het stadse winkelcentrum nog niet bereikt. Het overstappen aan de andere zijde van het CS op een stadsbus is een lachertje, want letterlijk een brug te ver. Ik hoop van harte dat deze onzalige routewijziging, die het OV slechts minder toegankelijk dus minder populair maakt – en Utrecht wil toch ‘groen’ zijn? – snel tot het verleden behoort. 
Maar klagen zet geen zoden aan de dijk. Wel wordt in 2016 lijn 25 weer even lijn 5. Deze bus rijdt van de Schaverijstraat via Oog in Al  en het Centraal Station naar de St Jacobsstraat en verder richting Maarssen. De stad is weer te bereiken met de bus, maar niet voor lang. Vanaf 2019 wordt er weer ’geknipt’ en rijdt de bus niet verder dan Utrecht Centraal. Passagiers die naar het centrum willen, moeten overstappen via de stationshal om van het ene busperron bij het andere te komen. Weer een hobbel. Twee jaar lang rijdt er nog wel een klein busje, bijnaam: het suffe busje, door de wijk. Het gaat om lijn 14 van Transwijk naar het centrum met haltes in de Händelstraat. Het busje rijdt zeer onregelmatig en vaak ontbreekt een scanapparaat en kan je gratis mee.

Lijn 14 rijdt van 2017 tot 2019 door de Händelstraat. Foto: Daniël Bleumink.

Sinds 2021 is de frequentie van lijn 5 van 4 x naar 2 x per uur verlaagd waardoor je vaak net je trein mist of zomaar een half uur op de bus staat te wachten. Een handtekeningen actie verandert daar niks aan. Halte Welgelegen is vervallen. Misschien wordt het, net als in 1936, weer eens tijd om een enquête te houden over de behoefte aan een goede busverbinding?

Bronnen
Foto bovenaan: Bus 4 op het Stationsplein naar Oog in Al in 1955, Het Utrechts Archief
Gooi en Eemlander, 8 september 1936
Utrechts Nieuwsblad, 14 november 1929, 4 april 1934, 3 mei 1935, 27 augustus, 7 september, 27 november en 16 december 1936, 19 maart, 17 juni en 9 oktober 1937, 17 januari, 12 juli en 19 juli 1940, 30 januari 1941,  30 juni 1942 en 28 februari 1949.
Utrechts Volksblad, 16 april 1938
Wij op ons Eiland, 27 juli 1988
Spoor-en Tramwegen, tijdschrift voor het spoor- en tramwezen in Nederland en Indië, jrg 20 november 1947 en  jrg 21, 1948, 20 mei 1948. Hierin: J.H.E. Reeskamp over de Gemeentetram en Het gemeentelijk autobusbedrijf.
Wikipedia pagina’s over de Gemeentetram Utrecht, GVU en GEBRU
destichtsebus.nl

 

 

 

 

 

Dit vind je vast ook leuk

Een reactie op “Met de bus naar Oog in Al”

  • Prachtig verhaal. Dank!

    Reply
  • Wat een leuk verhaal. Met voor mij bekende punten, zoals de halte Beethovenlaan, waar ik menigmaal met mijn moeder in buslijn 4 gestapt ben (Ik ben geboren en getogen in de Mendelssohnstraat). Ook later nog vaak gereisd met de ringlijn 10/20.
    Nostalgie !!
    Dick Motshagen

    Reply
  • Wat een ongelofelijk leuk artikel; Als leerling op de 2e Marnix school (1955-1961) was ik al gefacineerd op openbaar vervoer en bussen, keek uit het raam van de klas als de bus langs kwam., en wilde later bus chauffeur worden. Mijn kindertekeningen zitten ook vol bussen en treinen. Uiteindelijk ben ik ook afgestudeerd in Delft op openbaar vervoer en milieu problematieken. De foto’s van de verschillende bus typen, lijnennet kaartjes , ontwikkeling van het net etc. roepen dan ook vele herinneringen op. Uw onderzoek voor het artikel is werkelijk zeer diepgaand geweest.
    Hooguit kan ik zeggen dat lijn 4 ook ooit door de Petrarcalaan en Racinelaan reed in 1 richting ( dacht ik). Ik had het artikel graag uit willen printen of als PDF willen opslaan, maar zag niet dat dit mogelijk was. Misschien is daar een mogelijkheid voor ? Ik heb geen intenties het materiaal verder te gebruiken. Of gaat u het ooit in boekvorm uitgeven ? Ook het artikel over het Herderplein was buitengewoon diepgaand ( we woonden in de Dickenslaan).

    Reply
  • Leuk om te lezen. Toch triest om te moeten constateren dat Oog in Al nu slechter bereikbaar is met het openbaar vervoer dan ooit sinds de tweede wereldoorlog.

    Reply
  • In 1960 ging ik contrabas spelen en zat in een bandje dat repeteerde in de Hasebroekstraat (zijstraat Vleutenseweg). Ik kon wel fietsen met dat ‘ding’ als rugzak, maar als het regende ging ik toch liever met de bus (vanaf het eindpunt Militair Hospitaal) en na afloop weer met de bus terug. Nu wilde het wel eens voor komen dat de buschauffeur mij niet mee wilde nemen onder het motto : “nee, dat is vrachtvervoer”. Wat te doen? Gewoon op de volgende bus wachten met een chauffeur die niet met zijn verkeerde been uit bed gestapt was die ochtend 😉

    Reply

Laat een antwoord achter

Uw emailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *